De GPS-trackers worden door Team Asset Planner verzonden naar de Asset manager of de eerste partij in de keten. Het heeft de voorkeur om de GPS-tracker zo snel mogelijk in het proces te koppelen.

Alleen de Asset manager kan in Team Asset Planner het serienummer invullen bij een asset.
Wanneer een GPS-tracker door een andere partij wordt geplaatst, moet deze partij aan de Asset manager doorgeven welke tracker in welk voertuig is geplaatst.

Welke GPS-tracker plaats ik in welk voertuig?

• Ben je uitvoerende partij en heb je de GPS-trackers ontvangen van de Asset manager?
  • Vraag dan aan de Asset manager welke GPS-tracker in welk voertuig geplaatst mag worden.
    of
  • Plaats een GPS-tracker in een voertuig en geef vervolgens het chassisnummer door van het voertuig waar je de GPS-tracker in geplaatst hebt.

• Ben je als Asset manager zelf de eerste partij in de planning?
  • Vul het serienummer in op de pagina van de desbetreffende asset, en plaats de GPS-tracker vervolgens in het voertuig.

Waar plaats ik de GPS-tracker in het voertuig?

• De GPS-tracker mag geplaatst worden in het rechtse bovenkastje (opbergvak boven de voorruit). Dit is tijdens de opbouwfase de enige locatie die bijna geen enkele fabrikant nodig heeft voor de inbouw. De tracker ligt hier bovendien stevig en blijft goed op zijn plaats.
  Op de GPS-tracker staat benoemd dat het een GPS-tracker is en waar het voor dient.

Op de asset detail pagina kan de Asset manager het serienummer koppelen aan de asset.